De tijd van kerstkaarten is weer aangebroken en zelf vind ik dat altijd erg leuk. De laatste jaren krijgen ook wij steeds meer berichtjes in de vorm van appjes of mailtjes met daarin een kerstgroet i.p.v. een persoonlijk geschreven kaartje. Jammer, want een geschreven kaart is toch echt leuker om te krijgen. Ik blijf wel nog altijd kaartjes schrijven en hoop dat jij dat ook doet! Daarom geef ik je vandaag 5 tips bij het schrijven van kerstkaarten.
1. Elk jaar een nieuwe kaart
Mocht je van die bulkverpakkingen kopen, zorg er dan voor dat je elk jaar nieuwe koopt. Het zou toch zonde zijn om twee jaar achter elkaar dezelfde kaart naar dezelfde persoon te sturen? Niet dat het zal opvallen overigens, want weet jij nog welke kaart van wie je hebt gekregen vorig jaar? Meestal tel ik het aantal mensen die een kaartje krijgen en koop er nog een paar extra. Omdat ik ook altijd namens mijn blog kerstkaarten stuur naar bedrijven waar ik mee samenwerk maak ik die extra kaarten altijd daaraan op. Zo weet ik dat mijn omgeving nooit dezelfde kaart ontvangt 🙂
2. Oefen met schrijven
Tja…die eerste kerstkaart mooi schrijven lukt wel, die tweede ook, maar als je eenmaal bij nummer 10 bent wordt het al wat slordiger. Herkenbaar? Probeer de tijd te nemen als je kerstkaarten gaat schrijven. Plan bijvoorbeeld een avondje vrij en focus je op de kerstkaarten. Als voorbereiding kun je ook bijvoorbeeld leren handletteren. Zo ontzettend mooi en ik weet zeker ook heel gewaardeerd bij de ontvanger!
3. Trendy of klassiek?
Kerstkaarten zijn er in zoveel verschillende vormen, formaten en stijlen. Kies een stijl die bij jou past, waardoor de ontvanger al een idee heeft van wie de kaart komt als hij/zij hem uit de envelop haalt. Wat ik zelf erg leuk vind zijn de trendy kaarten in het zwart/wit met opdruk van handlettering en details met glitters. Uiteraard kan een klassiek kaartje ook heel mooi zijn. Als je origineel wilt zijn, mijdt dan in ieder geval die grootverpakkingen met 50 stuks. Dat zijn veelal kaarten die al tientallen jaren in omloop zijn.
4. Adressen
Vaak heb je wel het adres van degene aan wie je een kaartje wilt sturen, maar er zijn natuurlijk gevallen waarbij dit niet zo is. Denk bijvoorbeeld aan mensen die in de loop van het jaar in je leven zijn gekomen en wie je een kaartje wilt sturen. Een adres heb je dan vaak niet. Begin op tijd met het verzamelen van de adressen. Niets zo stom als dat je 2 weken voor kerst een appje stuurt met: “wat is jouw adres?”. Goh…waarom vraag je dat 😉
5. Decemberzegels
Helaas is het versturen van kerstkaarten niet gratis. Ik denk dat er dan wel veel meer kaartjes verstuurd zouden worden. Gelukkig zijn de decemberzegels wel wat goedkoper dan de reguliere postzegel. Ook staan ze nog eens leuker en feestelijker op de envelop! PostNL heeft ook elke jaar een leuke actie. Bij twee velletjes decemberzegels krijg je dit jaar bijvoorbeeld Riverdale sfeerlichtjes. Zelf viel het mij behoorlijk tegen…het zijn namelijk gewoon dunne papiertjes! Niet het belangrijkste uiteraard, want het gaat natuurlijk om de zegels.
Natuurlijk kun je je kerstkaarten ook zelf maken. Dat kun je met de hand doen of online. Online bij bijvoorbeeld Kaartje2go is een stuk makkelijker en het resultaat ziet er professioneler uit. Ook kun je ervoor kiezen om een fotokerstkaart te maken. Leuk met eventueel je kindjes erop!
Hopelijk mogen we dit jaar weer mooie kaartjes ontvangen. Mocht je mij een kerstkaart willen sturen (ja…ik zou wel eens een jaar heeeeel veel kaartjes willen ontvangen) is dit mijn adres: Leijgraaf 117, 5951 GS Belfeld.
Ga jij ook dit jaar een echt kaartje sturen?
– samenwerking –
written by